Familie-gastgezinnen aan twee kanten van het land
Kort na het binnenvallen van Rusland in Oekraïne, meldden 30.000 huishoudens zich bij Takecarebnb om vluchtelingen uit Oekraïne op te vangen. Een hartverwarmende en hoognodige reactie op de crisis.
Noor: “Ik was op stap om een artikel voor de krant te schrijven, toen ik aan de praat raakte met een sympathieke Oekraïense vluchtelinge wier ouders nog in Oekraïne zaten. Omdat we zo snel mogelijk de daad bij het woord wilden voegen, besloten Rein en ik om – buiten Takecarebnb om – haar ouders in huis te nemen. Driekwart jaar later volgde een koppeling via Takecarebnb met een Oekraïense moeder en dochtertje.”
Naar aanleiding van de ervaringen van Noor en Rein in Brabant, besloten Reins broer Govert en zijn vrouw Ineke om ook hun huis in Friesland open te stellen voor een vader, moeder en puberdochter uit Oekraïne. Voor beide gezinnen zijn de koppelingen zeer waardevol en leerzaam (geweest). Wat zijn nou verschillen en overeenkomsten tussen Oekraïne en Nederland? Dat vertellen ze in dit duo-interview.
Wat viel je al heel snel op?
Govert begint: “Oorlog is voor ons een abstract begrip, maar niet voor onze gasten. Aan alle drie merk je dat de oorlog (uiteraard) veel stress en onzekerheid geeft. Ze zijn continu met het nieuws in de weer via allerlei kanalen.” En daar zit meteen een verschil dat Govert opviel: “Onze gasten lezen verder niet buiten dat ze het nieuws volgen.” Rein: “Ik denk dat hun hoofd te vol zat om boeken te kunnen lezen. Bovendien konden ze die niet meenemen tijdens hun vlucht. De eerste gasten kwamen uit de Donbas en veel dingen konden hun afgepakt worden door grenswachten, dus hadden ze alleen kleren meegenomen.”
Ander eten
Wat Noor opvallend vond, is het eten. “Onze eerste gasten waren van onze leeftijd, 60-plus. Je merkte dat zij avondeten zonder vlees niet begrepen. Als ze ons te eten vroegen, was er geen alternatief voor mij als vegetariër: je eet vlees of je eet het niet. Maar dan komt er niets voor in de plaats. Hun dochter, die ik had geïnterviewd, was zich veel bewuster van vegetarische alternatieven. Toch een generatiedingetje. En ze zetten heel veel eten op tafel. Ze genoten ervan om dat te doen.”
Govert grinnikt: “Er wordt zóveel opgeschept. Als wij worden uitgenodigd hoeven we drie dagen niet meer te eten. Je voelt je wel beschaamd als je op een gegeven moment eten afweert, maar het is zoveel dat we rollend naar bed gaan.” Ineke lacht: “Onze gast maakt wel eens gigantische taarten. Erg lekker, maar ook erg zwaar.”
Glimlachend over straat
Noor: “Wat onze oudere gasten bijzonder vinden, is dat Nederlanders elkaar op straat begroeten en naar elkaar glimlachen. Ze vertelden dat dit in Oekraïne niet snel gebeurde omdat het onder het communistische regime verdacht was om andere mensen aan te kijken. Dit is nog een slijtend proces. Zo’n opmerking blijft je dan wel even bij.”
Afspraken over privacy en afspraken over afspraken
Privacy is een belangrijk goed én een belangrijk punt voor (nieuwe) gastgezinnen. Rein en Noor ervaarden een groot verschil tussen hun eerste en tweede gasten. “Onze eerste gasten waren heel discreet en vaak merkten we niet eens dat ze er waren. De tweede gast en haar dochtertje liepen regelmatig zonder te kloppen ons gedeelte van het huis binnen, ook als wij aan het werk waren. Op een gegeven moment hebben we hier afspraken over gemaakt, want het liep op een gegeven moment de spuigaten uit.”
Je moet in Nederland voor alles een afspraak maken
In Nederland worden afspraken vaak al ruim van tevoren vastgelegd. Hun eerste gasten waren heel secuur wat betreft tijd, maar voor de tweede gast van Rein en Noor bleek dit lastiger. Als Noor voor de moeder een afspraak had gemaakt bij de tandarts of gemeente, zei ze vaak vlak van tevoren af, zodat er weer een nieuwe afspraak gemaakt moest worden. Noor: “Ze begreep niet dat je in Nederland voor alles een afspraak moet maken.”
IJverige arbeid
Wat beide gezinnen opvalt, is dat hun gasten, ondanks alle gebeurtenissen, absoluut geen klagers zijn en dat ze hard werken. Ineke: “In juni vorig jaar werd de dochter 15 jaar en ze kon dus een bijbaantje zoeken. Ze ging meteen naar de supermarkt om de hoek en heeft het daar nu enorm naar haar zin. Haar ouders hadden in Oekraïne een heel andere baan, maar omdat ze weinig Nederlands of Engels spreken, kunnen ze hier in Nederland maar moeilijk iets vinden op hun oude niveau. Ze werken nu in een bedrijf dat afgekeurde ziekenhuisbedden opknapt. Het is zwaar werk, maar ze klagen nooit.” Rein knikt: “Ze werken overdag keihard en oefenen na werk en in het weekend hun Nederlands of Engels. We merkten ook dat ze het heel fijn vonden om in onze tuin te werken. Zo stond onze eerste gast erop dat hij het kippenhok zou verstevigen.”
Maar fietsen? Nee!
Is er nog iets anders dat opvalt? Ineke lacht: “Het fietsen, daar kunnen we ze niet warm voor krijgen!”